3.1. Overall visie op zuiveren
Deze zuiveringsvisie van HDSR geeft antwoord op de ontwikkelingen die het waterschap raken. De omgevingspartners onderstrepen de wens dat de zuiveringstaak van het waterschap zo veel mogelijk ten dienste van de omgeving wordt uitgevoerd. Dat gaat daarmee verder dan zuiveren tot het niveau van de Kaderrichtlijn Water en het zuiveren vanuit het oogpunt van de volksgezondheid. Zuiveren van afvalwater levert bij voorkeur ook méér waarde op voor de omgeving.
De visie is als volgt geformuleerd:
samen méér waarde halen uit de waterketen
Samen met omgevingspartners zoekt het waterschap naar mogelijkheden om die extra waarde ook te concretiseren in de stedelijke omgeving en in het buitengebied. Hierbij worden drie inhoudelijke sporen onderscheiden:
- de waterketen levert water op maat;
- de waterketen is circulair en klimaatpositief;
- de waterketeninfrastructuur is adaptief.
3.2. Spoor 1: water op maat
Gezuiverd afvalwater krijgt een nuttige bestemming. Daar doet het waterschap met de omgeving alles voor. We verlaten daarmee het spoor van lozen en afvoeren en zoeken de meerwaarde van het schone water. De kwaliteit van het effluent sluit aan bij het gebruik. Het gebruik kan vele toepassingen kennen, maar minimaal voor de (water)natuur.
Ook de relatie met recreatief gebruik van oppervlaktewater wordt steeds belangrijker. We willen dat het water bijdraagt aan een betere ecologische en chemische kwaliteit van het oppervlaktewater.
De ambitie is om in 2050 samen al het water uit de waterketen nuttig in te zetten.
Jaarlijks valt er ca. 800 mm neerslag, waarvan er 500 mm verdampt. Er blijft zodoende nog 300 mm ‘nuttige neerslag’ over. Onze zuiveringen leveren gemiddeld 150 mm water verdeeld over ons beheergebied. Een substantiële bijdrage dus. Dit water kan op vele plekken bewust worden ingezet, bijvoorbeeld in de landbouw maar ook als grondstof voor drinkwater. Het gezuiverde afvalwater wordt bij voorkeur ingezet waar de meerwaarde het grootst is. Hiervoor is het nodig om vanuit een gebiedsanalyse de waterbehoefte vast te stellen en kansen in kaart te brengen. Gezuiverd afvalwater kan bijdragen aan de waterbehoefte. De omgeving wordt vanaf het begin betrokken en een brede inzet vanuit het waterschap is nodig. Het wordt zichtbaar dat het watersysteem en de waterketen bij elkaar horen en met elkaar zijn verweven.
Uitgangspunt is dat het geloosde effluent de waterkwaliteit niet verslechtert, maar zelfs verbetert. Dit betekent dat medicijnresten uit de waterketen zo veel mogelijk worden verwijderd, waar mogelijk aan de bron. Dit geldt ook voor nutriënten en andere stoffen in het afvalwater. Een afweging van nut en noodzaak van vergaande zuivering wordt gemaakt op basis van een analyse van het ontvangende oppervlaktewater en de impact die de effluentlozing daarop heeft.
Daarbij wordt ook rekening gehouden met mogelijke (cumulatieve) effecten benedenstrooms. In de gebiedsanalyses is dit een belangrijk uitgangspunt.
Gezien de verandering van het klimaat is het nodig om meer aandacht aan waterbewustzijn te geven. Water is kostbaar. Hoe zorg je er voor dat de omgevingspartners zich hiervan bewust zijn? Daarbij is ook meer grip op het influent nodig, immers wat niet in het afvalwater terecht komt, hoeft er ook niet uit gehaald te worden. Dat geldt voor de waterkwaliteit (met een breed scala aan stoffen) maar ook voor de waterkwantiteit. Regenwater moet nog meer worden afgekoppeld van het afvalwater en een nuttige toepassing krijgen, bijvoorbeeld door het laten infiltreren op de plek waar het valt. Daarnaast is terugdringen van rioolvreemd water van belang.
3.3. Spoor 2: circulair en klimaatpositief
HDSR heeft in 2020 de duurzaamheidsvisie vastgesteld. We werken toe naar een emissieloos en circulair waterschap door duurzaam te doen en te denken. Daarvoor wil HDSR in 2030 energieneutraal zijn en in 2050 95% minder broeikasgassen uitstoten. De uitstoot van broeikasgassen moet in 2030 met 49% gereduceerd zijn. HDSR kan een deel van die opgaven uit afvalwater halen. Zo kunnen energie en grondstoffen uit afvalwater worden gewonnen. In 2040 wordt 50% van de top vijf grondstoffen uit afvalwater teruggewonnen. In 2050 wil HDSR volledig circulair zijn en worden zuiveringen volledig circulair gebouwd. Tenslotte wordt de biodiversiteit versterkt waar dit kan.
bijvoorbeeld bij afkoppelen van regenwater, terugdringen van rioolvreemd water, normering voor waterkwaliteit en behalen waterkwaliteitsdoelen of terugwinning van grondstoffen. Voor de grotere ontwikkelingen is de invloed van het waterschap minimaal. Zo heeft de bevolkingsgroei grote gevolgen voor HDSR, maar invloed kan het waterschap daar niet op uitoefenen. Op alle onderdelen kan HDSR wel een actieve rol innemen, maar samenwerking met partners is nodig om de gestelde doelen te halen.
De ambitie is om in 2050 samen alle waarde uit de waterketen te benutten.
Dat betekent bijvoorbeeld dat in beeld wordt gebracht wat de warmtevraag is binnen het beheergebied en wat de mogelijkheden zijn om warmte uit (gezuiverd) afvalwater te halen. Daarbij worden de omgevingspartners betrokken en wordt aangesloten bij bestaande overlegorganen, zoals de Regionale Energie Strategie (met name RES U16) en het Netwerk Water&Klimaat. Voor het terugwinnen van energie uit slib wordt gekeken naar de realisatie van een centrale slibgistingsinstallatie bij rwzi Nieuwegein.
Deze ambitie betekent voor het zuiveringsslib in 2040:
- Zuiveringsslib vervult een belangrijke strategische rol in de ambities en doelstellingen voor energieneutraliteit (doelstelling 2030) en het klimaatakkoord;
- HDSR heeft een grote stap gezet in het verwaarden van slib en we zitten met een aantal grondstoffen hoger op de waardepiramide;
- HDSR is, conform de R-ladder, begonnen met het toepassen van methoden ten behoeve van een verregaande slibpreventie.
Ten aanzien van terugwinnen van grondstoffen moet nog nader onderzoek gedaan worden. Daarvoor zijn haalbaarheidsstudies en bijbehorende value cases nodig. Met name rond cellulose en Kaumera liggen er kansen. Mogelijkheden om nutriënten terug te winnen, bijvoorbeeld voor gebruik in de landbouw, worden uitgewerkt. Ook de mogelijkheden voor reductie van broeikasgasemissies, zowel uit de waterlijn als uit de sliblijn, worden onderzocht. Tenslotte wordt onderzoek uitgevoerd naar de mogelijkheden om gebruik van primaire grondstoffen bij het zuiveren en bij de bouw van rwzi’s terug te dringen.
3.4. Spoor 3: adaptieve waterketen
Er komt veel op de waterketen af: bevolkingsgroei, druk op de beschikbare ruimte, duurzaamheidsdoelen, doelmatigheidsopgaven in relatie tot centrale/decentrale ontwikkelingen in de waterketen, enzovoorts.
Dat vraagt om een andere manier van ontwerpen en bouwen, maar ook om proactief met de omgeving op ontwikkelingen in te spelen. Welke mogelijkheden biedt modulaire bouw van rwzi’s en het riool daarbij? Welke rol speelt digitalisering daarbij?
De ambitie is om in 2050 samen de infrastructuur 100% adaptief te maken.
Verschillende gemeenten hebben plannen om de noodzakelijke woningbouw meer zelfvoorzienend te ontwikkelen. Voor de afvalwaterinfrastructuur betekent dit een kans om meer te gaan werken met decentrale systemen, die op wijkniveau het afvalwater inzamelen en zuiveren. Een nieuw evenwicht tussen centraal en decentraal wordt verwacht. Vragen hierbij zijn: Hoe staat dit in verhouding tot de huidige, gecentraliseerde afvalwaterinfrastructuur? Moet deze naar de toekomst meer hybride worden uitgevoerd?
Vanwege de druk op de beschikbare ruimte wordt duurzaam ruimtegebruik aangemoedigd. Het waterschap houdt rekening met de ruimtelijke impact van haar infrastructuur en gaat zuinig met ruimte om.
In het kader van water op maat (spoor 1) kan het zijn dat het gezuiverde zoete water vanuit de rwzi niet op de gewenste plek beschikbaar is. In de toekomst kan dit leiden tot een heroverweging van de schaalgrootte van de rwzi’s. Misschien moeten rwzi’s worden opgesplitst of verplaatst om het beschikbare zoete water op een gewenste plek in te zetten. Hoe ziet de toekomstige configuratie van de waterketen er uit? Hiervoor worden op basis van een gebiedsanalyse (spoor 1) mogelijke ontwerpen van de afvalwaterinfrastructuur van de toekomst geschetst.
De insteek om circulair of emissieloos te bouwen en het zuiveren van afvalwater te combineren met het terugwinning van grondstoffen, vraagt om nieuwe ontwerpcriteria en bouwfilosofie. Dat speelt niet alleen bij HDSR, maar ook bij andere waterschappen. Samen met andere waterschappen denkt HDSR hier over na en stelt een eigen bouw- en ontwerpfilosofie vast.
Met het terugwinnen van energie en grondstoffen uit slib, verandert onze slibhoeveelheid en de kwaliteit daarvan. Dit vraagt om een flexible inrichting van de slibeindverwerking. Om deze flexibiliteit vorm te geven, willen we het slib in twee percelen verdelen met per perceel een andere verwerkingsroute. De hiermee verkregen flexibiliteit kunnen we ook inzetten om in te spelen op technologische ontwikkelingen en ontwikkelingen rondom wet- en regelgeving.
Belangrijk zijn ook de digitaliseringsmogelijkheden. Welke mogelijkheden biedt dit? Hoe kan de relatie tussen de waterketen en het watersysteem digitaal vorm krijgen? Dit sluit aan bij de brede visie op digitalisering die binnen HDSR wordt opgesteld. Vanuit waterketen en watersysteem wordt input geleverd en na het vaststellen van de visie op digitalisering worden de uitkomsten toegepast.